Diergeneeskundig Centrum Winterswijk 0543 - 51 23 85

Paard

Uw paard verdient de beste zorg

Paard

Uw paard verdient de beste zorg

Uw paard onze zorg

Binnen het Diergeneeskundig Centrum Winterswijk zijn enkele dierenartsen werkzaam in de paardenhouderij.

Wij bieden eerstelijns diergeneeskunde voor uw paard. Naast de behandeling van het zieke dier adviseren wij u hierbij graag over voeding, ontwormingsschema’s, training en ziektepreventie.

Klinische keuringen worden op de praktijk onder standaardomstandigheden uitgevoerd maar zijn ook op locatie mogelijk.

Binnen het laboratorium van het Diergeneeskundig Centrum Winterswijk worden bacteriologische onderzoeken, mest- en urineonderzoek uitgevoerd.

Wat kunnen wij voor uw dier betekenen?

  • Droes
  • Influenza
  • Mestonderzoek
  • Rhinopneumonie
  • Tetanus
  • Vaccinaties
  • West Nile Virus

Droes

Droes

Droes wordt veroorzaakt door een bacterie: Streptococcus equi. Bij droes ontwikkelen abcessen in de lymfeknopen, met name bij de lymfeknopen in de keelstreek.

Verspreiding

Droes is een smeer besmettelijke ziekte, maar verspreidt zich minder snel dan een virusinfectie. De bacterie wat droes veroorzaakt overleeft vrij lang in vochtige en van de zon afgeschermde plaatsen en kan in pus tot wel een jaar lang overleven. Besmetting gaat via direct contact of via contact met materialen. 

Een paard dat droes heeft doorgemaakt, kan tot twee maanden na klinisch herstel nog bacteriën uitscheiden.

Meestal zijn het jonge dieren tussen ½ – 5 jaar die een infectie doormaken. Veulens hebben tot een half jaar meestal nog afweer via de biest. Dieren ouder dan vijf jaar hebben vaak al een infectie doorgemaakt en hebben hierdoor weerstand opgebouwd.

Symptomen

De eerste symptomen treden vaak op tussen de 2 dagen en de 3 weken na de infectie. Het eerste symptoom is meestal koorts, het dier wordt sloom en voelt zich vaak ziek. Na enkele dagen gaat het slijmvlies van neus en keel ontsteken, waarna het dier gaat hoesten. Vaak is neusuitvloeiing te zien die in het begin waterig is en overgaat in een meer pussige vorm.

Na ongeveer een week gaan met name de lymfeknopen in de keel ontsteken en abcederen. Deze gaan zwellen en er ontstaan vaak slikproblemen. De aandoening duurt vaak een maand maar kan ook wel drie maanden in beslag nemen.

Behandeling

Alleen in het allereerste stadium waarbij er slechts koorts is waar te nemen, is de infectie te bestrijden door middel van antibiotica. Verder is rust, een goede hygiëne en toezicht op het eten en drinken van belang.

Preventie

  • Basis vaccinatie: na de eerste keer vaccineren droes, deze herhalen na 4 weken
  • Herhalingsvaccinatie: iedere 3-6 maanden (afhankelijk van de risico-inschatting)

Veulens

Vanaf 4 maanden kunnen veulens gevaccineerd worden tegen droes.

Influenza

Influenza

Influenza is een besmettelijke virusziekte en het virus veroorzaakt een infectie van de luchtwegen. Dieren in slechte conditie, jonge dieren en heel oude dieren zijn het meest gevoelig.

De KNHS heeft vanaf vanaf 2022 een gewijzigd vaccinatiebeleid. Voor alle paarden en pony's geboren vanaf 2022 is een drievoudige basisvaccinatie verplicht.

  • Basisvaccinatie: drievoudig (vanaf 6 maanden leeftijd)
  • Eerste basis
  • Tweede basis: 4-6 weken na de eerste
  • Derde basis: 5 maanden na de tweede (6 maanden na de eerste)
  • Herhalingsvaccinatie: jaarlijks (< 12 maanden)

Mestonderzoek

Over het algemeen hebben alle paarden en pony’s wormen. Een geringe besmetting leidt meestal niet tot problemen. Een ernstige wormbesmetting kan onder andere leiden tot een doffe vacht, vermagering, prestatieproblemen, diarree, koliek of zelfs sterfte.

Vroeger werd er standaard en blind ontwormd maar dit is tegenwoordig in verband met resistentieproblemen tegen ontwormmiddelen niet meer het advies.

Ons advies is om minstens 3x per jaar mestonderzoek uit te laten voeren bij ons op de praktijk. In het voorjaar, zomer en najaar wanneer de temperatuur niet onder de 10 graden is het mestonderzoek het meest betrouwbaar. Wanneer de temperatuur onder de 10 graden is zijn de wormen minder actief en leggen minder tot geen eitjes.

Het beste is om een individueel monster te onderzoeken en liever geen mengmonster. Zeker wanneer er paarden van verschillende leeftijden bij elkaar in de weide staan. Een jong paard van onder de vijf jaar moet nog een natuurlijke weerstand opbouwen en kan dus sneller een worm infectie oplopen.

Wanneer u mest bij ons langs brengt zouden wij ook graag de volgende informatie ontvangen:

  • Naam
  • Leeftijd
  • Staat met meerdere paarden in de wei of op stal
  • Ervaart het paard momenteel problemen?
  • Wanneer is het paard voor het laatst ontwormd en wanneer?

Wij ontvangen de mest het liefst zo vers mogelijk. Voor meer informatie betreffende het wormonderzoek en het ontwormen van paarden kunt u contact met ons opnemen.

Rhinopneumonie

Rhinopneumonie

Rhinopneumonie is een virusziekte die veroorzaakt wordt door twee verschillende herpesvirussen.

Verspreiding

De verspreiding van het virus vindt voornamelijk plaats door direct en indirect contact tussen paarden of door samen stallen in één ruimte. Het virus kan ook via de mens worden overgedragen via kleren en handen, als deze van het ene naar het andere paard gaat.

Een bedrijf dat een (mogelijk) probleem heeft doorgemaakt dient minimaal drie weken na de laatste koortsaanval contacten met andere paarden te vermijden.

Verschijningsvorm

  1. Verkoudheidsvorm: deze vorm komt zeer regelmatig voor. Symtomen zijn koorts, snotneus, hoesten en/of dikke benen.
  2. Abortusvorm: Deze vorm veroorzaakt abortus of zeer zwak geboren veulens die vaak sterven.
  3. Neurologische vorm: deze komt slechts incidenteel voor. Hierbij worden neurologische verschijnselen waargenomen. Meestal begint het met wat slappe staart en ataxie. Ernstigere verlammingsverschijnselen kunnen optreden.

Vaak zijn alleen de achterbenen aangetast, maar in ernstige gevallen kunnen ook de voorbenen meedoen.

Behandeling

Voor rhinopneumonie is geen specifieke therapie. In het geval van de verkoudheidsvorm is dat geen probleem, vaak herstellen deze paarden snel. De abortusvorm veroorzaakt de dood van de vrucht of van het ernstig ziek geboren veulen, maar geeft geen echte ziekteverschijnselen bij de merrie. Voor het veulen is een behandeling meestal niet mogelijk en voor de merrie is het meestal niet nodig.

In het geval van de neurologische-vorm is er geen echte therapie, maar paarden met de neurologische vorm hebben wel intensieve verpleging nodig. Met een goede verzorging kunnen deze paarden gedeeltelijk of volledig herstellen.

De belangrijkste punten van de verzorging zijn:

  • Voorkomen dat het paard (als hij zich niet meer staande kan houden) in paniek raakt, gaat liggen “vechten” en zichzelf ernstig beschadigt.
  • Voorkomen dat de blaas overrekt wordt, door middel van katheteriseren. De zenuwaandoening van de achterhand begint vaak met een gedeeltelijke blaasverlamming en dit heeft onder andere gevolg dat het paard geen plasdrang meer heeft.
  • Zorgen dat het paard voldoende vocht en voedsel binnen krijgt.

Vaccinatie

  • Basisvaccinatie na de eerste keer vaccineren, herhalen na 4-6 weken
  • Herhalingsvaccinatie iedere 6 maanden
  • Drachtig paard op 5,7 en 9 maanden van de dracht vaccineren
  • Veulens Vanaf 5 maanden

Tetanus

Tetanus

Tetanus is een verkramping van alle spieren in het lichaam, ten gevolge van een gifstof (neurotoxine). Dit gifstof wordt geproduceerd door de tetanusbacterie. Alle dieren zijn gevoelig voor tetanus, al verschilt de gevoeligheid wel.

Verspreiding

De belangrijkste besmettingsbron is de omgeving. Tetanus wordt niet overgedragen van individu op individu. De tetanusbacterie kan goed leven in enigszins bedekte, vuile wonden en dus ook in de navel van een pasgeboren dier.

Symptomen

De eerste symptomen treden op ongeveer 2-10 dagen na de infectie. Typisch voor tetanus is de toenemende stijfheid van alle spieren.

Vaak is een duidelijke afwijking te zien in de gang van het paard. Daarnaast is vaak ook te zien dat het dier de mind minder ver dan voorheen of helemaal niet kan openen. Een ander symptoom is een uitpuilend derde ooglid.

Behandeling

Het is belangrijk dat het dier zo min mogelijk aan prikkels wordt blootgesteld, omdat deze een toename van de spierkramp kunnen veroorzaken. Daardoor kun je het dier het beste in een rustige en donkere omgeving zetten.

Een goede wondverzorging en het wegsnijden van afgestorven weefsel is belangrijk. Er wordt antibiotica toegediend tegen de tetanusbacterie en er wordt een tegengif gegeven tegen het neurotoxine dat door deze bacteriën wordt geproduceerd.

Voldoende water (eventueel d.m.v infuus), voedsel en een goede pijnbestrijding kunnen het herstel positief beïnvloeden. Behandeling leidt lang niet altijd tot herstel van de patiënt.

Preventie

De entstof tegen tetanus wordt vaak in combinatie met het vaccin influenza toegediend. Een jaarlijkse hervaccinatie biedt ruimschoots voldoende bescherming.

Vaccinaties

Vaccinaties

Paarden en pony's kunnen getroffen door verschillende ziektes. Een infectie geeft een reactie op het immuunsysteem, waarna de weerstand tegen de betreffende ziekte zal toenemen. Ziektes kunnen zorgen voor verschillende ongemakken, ziekteverschijnselen en soms zelfs kan het leiden tot sterfte. Risico voor jonge dieren en hele oude dieren is daarnaast groter wanneer de weerstand niet meer optimaal is. Een ziek dier kan ook zorgen voor meerdere zieke stal- of weidegenoten.

Door een paard of pony te vaccineren vergroot je de kans op verschijnselen zoveel mogelijk en daarnaast verklein je de besmetting voor stal- of weidegenoten. Bij vaccinatie wordt een dier ingespoten met een levend verzwakt of een dood vaccin.

De meeste vaccinaties zijn in Nederland vrijwillig. Wanneer je wedstrijden wilt gaan rijden dan stelt de KNHS (Koninklijke Nederlandse Hippische Sportbond) het verplicht om een jaarlijkse vaccinatie tegen influenza en tetanus te laten toedienen.

West Nile Virus

West Nile Virus

West Nile bij het paard is een virusinfectie die al langer bekend is in Afrika en die zich vanaf 1999 snel door de Verenigde Staten heeft verspreid. Recent is de ziekte ook in Italië en Oostenrijk aangetoond en heeft daar slachtoffers onder de paarden geëist. De ziekte wordt, net als bijvoorbeeld blauwtong, door besmette muggen overgedragen. De verwachting is dat ook Nederland niet vrij zal blijven van deze ziekte. De vraag is alleen: wannéér komt het naar Nederland?

Muggen besmetten zich met het virus als ze een vogel prikken die besmet is. Deze vogels zijn ‘tussengastheer’ van het virus. Soms gaan vogels zelf ook dood (met name kraaien schijnen erg gevoelig te zijn), maar vaak is er aan deze vogels niets te zien. Paarden en mensen zijn ‘eindgastheer’ van het virus. Dat wil zeggen dat ze zelf wel ziek kunnen worden als ze door een besmette mug geprikt worden, maar dat ze het virus niet verder doorgeven. Een ziek paard is dus niet besmettelijk.

Verschijnselen van een paard met West-nijl Virus ontstaan 3 tot 15 dagen na de besmetting en variëren van koorts en niet willen eten tot slapte, zwalkend lopen, (gedeeltelijke) verlammingen en uiteindelijk kunnen de paarden zelfs doodgaan.

Als een paard eenmaal ziek is kunnen alleen de symptomen behandeld worden. Er bestaan geen medicijnen om het paard te genezen.

In overleg met uw dierenarts is er nu de mogelijkheid om uw paard tegen het West-Nijl virus te vaccineren.